woensdag 4 mei 2011

Paaltjes pikken

Toen er besloten was dat je in de Lauwersmeerpolder goed kon recreëren, werd er ook meteen begonnen met het aanleggen van steigers naar de vaste wal. De benen strekken, een BBQ-tje of een hondenwandeling hoort inmiddels bij een lekker weekendje weg.
Maar de Lauwersmeerpolder heeft het niet zo met steigers, eerst waren het de palen van de steigers die door een strenge winter uit de grond gedreven werden, daarna leek het of de harde zandgrond helemaal niets met steigerpalen wilde. De lange loopbruggen naar het vaste land begonnen steeds meer op wokkels te lijken  en werden uiteindelijk afgebroken.
Niet in het geheel tot ongenoegen van de natuurbeschermers die het toch al vervelend vonden om naast lepelaars en runderen ook de homo sapiens met korte broek te moeten verwelkomen.
Jaren lang was het voor de recreant onmogelijk om bij de wal te komen en de medemens te overtuigen van het feit dat het gebied zeer de moeite waard was.
Nu lijkt het tij te keren, aan de Friese kant ontwikkelt Oostmahorn zich als een waar waterparadijs en is de Marrekrite bezig, verantwoord maar zeker, haventjes en aanlegplaatsen aan te leggen. Aan de Groningse kant loopt het zo'n vaart niet, ik zit op een steiger die onderhoudstechnisch veel weg heeft van de watersteiger op het starteiland, er staat een bordje over havengeld na vier uur, maar eigenlijk hoop ik dat het voor de havenmeester te koud is om op bezoek te komen.
Zouden er, als de voorzieningen beter worden, meer mensen deze kant op komen?
Of wil ik het gebied eigenlijk voor mij zelf houden, en geniet ik van het ruisende riet en het kabbelende water tegen de veel te hoge meerpalen.

dinsdag 3 mei 2011

Zout

De stroming kwam in de sluis vanmorgen van de achterkant. En niet zo'n klein beetje ook. Om half tien mochten we het zoute water op, de sluis was tot die tijd gestremd, nog steeds onbekend waarom, de bus, het afvaren van de veerboot, onderhoud?
De vraag was of mijn motorbootje het ook tegen de stroom in zou redden, en of het niet te veel zou schommelen, en of... Kortom de eerste keer met Margje op het zoute water van de Waddenzee.
Stom eigenlijk dat ik me er zo druk over maakte, kruisend met De zeilboot van het vriendje kom je zelfs tegen de stroom in, roeiend met de sloep met maar 8MK (soms minder als ze wat katerig zijn), als je ziet wat er zoms de overtocht waagt, dan kan Margje het zeker aan. Maar voor de eerste keer alleen ging me toch wat te ver, dus toen ik er achter kwam dat er nog iemand van de Flitsclub die kant op ging sloot ik mij graag aan.
Rondom de haven hier valt alles droog. Ik besluit om wat boodschappen te gaan doen in het dorp en als ik op de dijk klim zie ik dat de wadbodem zo'n anderhalve meter hoger ligt dan het waterniveau in de haven. Ook blijkt de Noorden wind een stuk kouder dan ik achter de kuiptent in de zon voelde en ik ben blij dat ik mijn jas en muts bij me heb.
Naar het dorp is nog een hele tippel, al ben ik blij dat ze bij de nieuwe veebootdam niet ook de nieuwe jachthaven hebben gebouwd, dat had dan meer op de avondvierdaagse geleken. Ik kom over het paadje waar ik met mijn ouders wandelde, waar ik zuring leerde kauwen,
waar ik voor het eerst met mijn oudste in een fietszitje fietste en Paul de Leeuw tegen kwam, waar we na een zomerdag op het strand met de buren over terugliepen, allemaal gehuld in een T-shurk. Om dat we anders toch nog zouden verbranden.
Nog even en dan is het laag water, de wind is wat toegenomen, maar als het tij kentert zal dat (als ik mij niet vergis) wel weer veranderen.

Aan boord

De brug bij le Havre ligt onder een wisselend bewolkte lucht. Niet slecht want toen ik uit Workum wegreed vanmorgen kwam de regen met bakk...